Een paar dagen van tevoren begon ik alleen even te twijfelen. Ik zet mij af tegen alle commerciële activiteiten met wilde dieren, maar ga nu zelf wel een koe knuffelen. Vindt de koe dat eigenlijk wel leuk? Het was dan ook een van de eerste vragen die ik stelde aan boerin Kristel Vanhommerig-Dullens, eigenaresse van de melkveehouderij. ‘Niet allemaal’, gaf zij toe. ‘Sommigen moeten daar niets van weten en geven dat ook duidelijk aan. Maar de koe die ik voor jullie uitkies, vindt dat wel heel fijn. Billy is heel rustig en knuffelig en daardoor ook het meest geschikt voor deze activiteit.’
We zitten dan in de ontvangstruimte, waar mijn Limburg lonkt collega’s Manon, Leontien, Sarah en ik zijn ontvangen met thee en gebak. Er staat een groot bord met allerlei weetjes over koeien. Zo grazen zij vier tot negen uur per dag, herkauwen zij ook zoveel uren per dag, slapen zij maar twintig minuten (!) in 24 uur, poepen zij twaalf tot achttien keer op een dag (wat goed is voor 30 tot 40 kilogram poep) en plassen zij zeven tot tien keer per dag (goed voor tien tot 25 liter urine). Fascinerende feitjes. Wat echter onze aandacht trekt, is het tafereel dat zich voor ons afspeelt. De ontvangstruimte bestaat namelijk uit een zijde uit grote glazen ramen en door die ramen zien wij twee grote melkmachines. We hebben al snel door dat de koeien zelf de machines in- en uitlopen om gemolken te worden. ‘Beslissen ze dat helemaal zelf?’ Vol ongeloof kijken we naar Kristel, die glimlachend knikt. ‘Mooi systeem he?’
Ze legt uit dat de melkmachine eigenlijk een hele grote computer is. Als de koe de machine inloopt om gemolken te lopen staat zij niets vermoedend op een enorme weegschaal, zodat ze gelijk gewogen wordt. De machine herkent de koe, en tijdens het melken slaat de machine allerlei cijfers op, over o.a. de gezondheid van de koe en de kwaliteit van de melk. Een koe moet zo drie keer per dag gemolken worden, dus als zij net is geweest weet de machine dat ook en weigert haar dan. Een ingenieus systeem.